Alles over kunst

Expo

De paddestoelen mogen aangeraakt worden

Nature Talks in Museum De Fundatie Zwolle
Robin  Kramer

Praktische info

Nature Talks: kunst en design waarin de mens niet centraal staat, i.s.m. Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU), 16 april t/m 21 augustus 2022, Museum de Fundatie Zwolle, www.museumdefundatie.nl

Design dient de mens. Die gedachte ligt in de geschiedenis besloten: alfabet, architectuur, advertenties. Maken om met mensen te communiceren. Maar tijden van klimaatverandering vragen om een nieuwe benadering; om een dialoog met de natuurlijke wereld. In Nature Talks presenteren vijftien alumni van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) andere manieren van omgaan met de wereld, via design – niet op de mens gericht, maar op de natuur. De tentoonstelling is onderdeel van de Fundatie Future Factory, waarin Museum de Fundatie geëngageerde kunst van jonge makers laat zien.

Het resultaat is een eclectische tentoonstelling die de grenzen opzoekt tussen design en kunst, maar ook tussen mens en natuur. Dat begint al met de korte animatiefilm waarmee de expositie opent: Dier (2021) van Damiët Anijs speelt met het dierlijke van de mens en het menselijke van het dier. De film dient als de thematische stemvork van Nature Talks: om een dialoog aan te gaan met de natuur moeten we naar onszelf kijken en naar hoe we communiceren met de natuurlijke wereld om ons heen. Het meest geslaagd zijn dan ook de werken die daadwerkelijk een stem lijken te geven aan de heersende stilte van de natuur: de stilte die we als mensen vaak op prijs stellen en daarmee voor lief nemen. Iets moet spreken om van leven te getuigen, lijkt het vaak. Nature Talks daagt uit om op een andere manier te luisteren, om anders na te denken over wat dat spreken – en daarmee leven – nu precies inhoudt.

Interwoven (2021) van Lidewei Reitsma en Jonne Verheij behandelt bijvoorbeeld behendig de emotionele afstand tussen mens en natuur, en hoe die vaak een fysieke vorm aanneemt – expositiebezoekers worden nadrukkelijk uitgenodigd om contact te maken met een schimmel. Op het begeleidende bordje staat: ‘De paddestoelen mogen aangeraakt worden.’ Toch blijft er een aarzeling bestaan – zo’n schimmel zou je in het wild niet snel aanraken, en bovendien: wat schiet je ermee op? Door de elektrische pulsen van de schimmels meetbaar en zichtbaar te maken (projectie, geluid), ontstaat er een bewustwording van de inherente bezieling van de natuur.

Vergelijkbaar is The Plant-Based Instrument (2021) van Stan Smeets: een modulaire synthesizer die via microscopen en sensoren volledig aangestuurd wordt door planten. De muziek die de planten maken gebruikt Smeets vervolgens als inspiratie voor een experimentele film. De natuur is hier vrij letterlijk aan het woord. Het resultaat is paradoxaal genoeg juist door de randomisatie geraffineerd.

Ook de groot opgezette installatie van Isabela Verhagen, The Collective Imagination (2021), geeft stem aan het klimaat. Vijf handgeweven jasjes die de gevolgen van klimaatverandering representeren (bosbranden, smeltende ijskappen, koraalvernietiging) houden een mechanisch aangedreven protest in het midden van het museum. Door de visuele associaties die we met protesten hebben te ontdoen van hun menselijke eigenschappen en de jasjes de natuur te laten symboliseren in plaats van ze natuurlijk te laten zijn blijft de boodschap subtiel. Dat maakt de installatie effectief. Je kijkt naar een robot-achtige choreografie die, afhankelijk van de kijker, ontroert of vermaakt. Zo wordt er ruimte opengelaten om het werk persoonlijk te benaderen, en daarmee de manier waarop je de boodschap op je in laat werken.

De tentoonstelling wordt aangevuld door ontwerpen van studenten die het internationale vak Non-Human Centered Design volgen (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, BESIGN The Sustainable Design School Nice en Köln International Design School). De ontwerpen laten zien waarom het belangrijk is om ook vóór de natuur te ontwerpen: The Ribbit (Lara Carbonaro, Tjitske Dotinga, Yfke van Geest, Sasha Nouviale) is een soort overkoepeling die de geluidsoverlast langs snelwegen beperkt waardoor kikkers elkaars gekwaak weer kunnen horen en partners kunnen vinden; Batteria (Eline Flick, Anastaia König, Tom Maquard, Bo Van Leeuwen) bestaat uit bioplastics vermengd met een bacterie die een andere, bedreigende bacterie verhelpt – door de bioplastics in vleermuisgrotten aan te brengen krijgen vleermuizen vijftig procent meer kans om de winter te overleven. Een belangrijke toevoeging aan de tentoonstelling, want het laat het belang zien van datgene wat de kunstwerken ons doen laten inzien: zoals de natuur praat door te scheppen, door te groeien, zo kunnen wij als mensen ook terugpraten door te creëren.

Stan Smeets, The Plant-Based Instrument, 2021
Damiët Anijs, Dier, 2021
Lidewei Reitsma & Jonne Verheij, Interwoven, 2021
Isabela Verhagen, The Collective Imagination, 2021